Bedelaarsbrug

Uit Bibliotheca Enchusana
Ga naar: navigatie, zoeken

Geschiedenis

  • 7 oktober 1619 : Vorders op het versoeck van de gebuiren aen wedersieden de oude stadts grachte tuschen Spijtbroeck en de Westerpoorts pijpe is goedgevonden dat sij sullen moghen genieten de overschietende ( iecken ) ende balcken aen de brugghe bij Spijtbroeck gelegen ende die gebruijken tot het maecken so van een brugghe voor de dwarstraete over de grafte int midde van de brugghe ende de pijpe voornt., mits dat sij voorts alle de costen van het maken van de selfde brugghe sullen moeten draghen, ende doe oock vorders op haeren buidel onderhouden, sulcks dat die nimmer tot laste van de stadt ende come ende met sulcken verstandt dat so die comt te vervallen de stadt nimmer meer gesint sal wesen tot reparatie of de minste verstellinghe der selfde.
  • 28 december 1693 : De Heer Primier Burgermeester van Gent heeft ter vergadering voorgedragen, of niet enige bruggen in de stat volgens het opgeven van de fabrijcq souden konnen en behooren te werden geremoveert, om daar door de stadt ven veele onkosten te ontlasten, waerop gedelibereert zijnde is goedt gevonden en verstaan dat bij provisie sullen werden geremoveert eerst de brugh bij het opslach op de dijck gaende na St. Jacobs Burghwal, item de twee bruggen op de Suijder Boerevaart voor de Blaeuwe Bijls steijger en de steijger beoosten. De brugh op de Noorder Boerevaart over de Romeijnstraet de brugh bij de Drie Zalmen die oost en west loopt, de brugh voor de Wijdesteijger op de Kaasmerckt, de brugh op het Bolwerck bij de Mastewerf geseijt de Vissersbrugh, dat vervolgens nader sal werden overleijt of de twe bruggen die dwars over de Prince graft loopen mede niet sullen konnen werden afgebrooken en int reguarde van de Bedelaarsbrugge de buijren daar ontrent te doen aenseggen dat sij de selve brugge behoorlijck sullen hebben te repareren, of dat anders mede sal werden afgebroocken.