Eedt voor de Commandeurs kruijsende op de Zuijderzee - 18 juli 1672
Uit Bibliotheca Enchusana
- Wij beloven ende sweren de Heeren Staeten van Hollandt ende Westvrieslandt ende den Heeren Prince van Oranien als stadt houder van de selve provintie ende Capitein en Admiraal Generaal te water en ten lande, mitsgaders de Heeren gecom. Raden van de Staten van Hollandt en Westvrieslandt in Westvrieslandt ende den Noorderquartier gehouw ende getrouw te wesen, den Admiraal, ende Commandeurs over ons gestelt te gehoorsamen, hare bevelen, en het geen sij ons ten dienste van de lande ende affbreick van den viandt sullen gelasten, te achtervolgen, ( naertekomen ) en doen naakomen het volck waar over wij gestelt sijn in goede ordre ende postuur te houden, all waar den viandt eenige affbreick kunnen doen hetselve met alle dapperheijt en mannelijkheijt, kloekmoedighlijk te vervolgen en voorts alles te doen dat goede en getrouwe Commandeurs schuldigh sijn en behooren te doen.
- De bovenstaanden Eedt gedaan bij Femme Claasz., Jacob Potter, Sijmon Jansz. Kerseboom, ende Jan Jeuriansz. Ton, op den 18 juli 1672.