Handtvest van Hertogh Aelbrecht, Anno 1401 den 12 Januarius; Rakende d'uytlage van Immenhorn, als dat de Dijck-grave en Heemraden geen keuren op de uytlage sullen leggen

Uit Bibliotheca Enchusana
Ga naar: navigatie, zoeken

Aelbrecht by Godts genade Paltsgrave op ten Rhijn, Hertoge in Beyeren, Grave van Henegouwe, van Hollandt, van Zeelandt ende Heere van Vrieslandt; doen kondt allen luyden, dat wy voortijdts gegeven hebben onsen goeden luyden van Enchuysen Handtvesten en Privelegien, dat sy heuren Caegh ende Uyterdijck mogen bedijcken, zaeyen ende maeyen, etten ende tretten na haren oorbaer, ende voort oock onfen luyden van Broeck Handtvesten ende Privelegie gegeven hebben, dat men geen Uyterdijck sal moeten etten noch tretten, zaeyen noch maeyen, van den Somerdijck tot Wervers-hove an Immenhorn: soo verklaren wy dit mit desen Handtvesten, om dat die uytlage tot Immenhorn die men maecken sal, binnen de Ban van Enchuysen gelegen sal wesen. Ende gheven onsen goeden luyden van Enchuysen ende allen den genen die Landt hebben in de uytlage van Immenhorn voorschreven, dat sy dat voorsz. Landt tot dat West-eynde van der uytlage voornoemt, sullen moghen etten, tretten, zaeyen ende maeyen na heuren oorbaer, gelijck dat onse goede luyden van Enckhuysen haren Uyterdijck doen, sonder eenige verbeurnisse. Voor soo sal de Dijckgrave ende Heymraders mitten Waerschap, geen keuren maecken op de voorsz. uytlage, vorder dan op ten Zeedijck ende Graften. Voorts soo sal onse Schout van Enchuysen mette Schepenen van Enchuysen, beschouwen alsulcke keuren als die gene maecken die in onse voorsz. uytlage gelant zijn, by den meesten deel. Voort soo sullen die gene die in den uytlage voorsz. gelandt zijn, mogen delven sulck Landt als buyten den Somerdijck, die om de uytlaghe voorsz. geleydt sal worden, leggende sal blijven, den selven Somerdijck mede te maecken, sonder verbeurnisse tegens ons of jegens yemant anders, behoudelijck ons onsen tiende ende Visscherye; ende om dat wy dit vast ende gestade houden willen, ende gehouden willen hebben voor ons ende onse nakomelingen tot eeuwigen dage. Soo hebben wy desen Brief bezegelt mit onsen Zegel, gegeven in den Hage op den twaelfden dagh in Januario, in 't Jaer ons Heeren duysent vier hondert ende een, na den loope van onsen Hove.

Bronnen, noten en/of referenties