Na-Gedachtenisse, van den XXI May des Jaars MDLXXII

Uit Bibliotheca Enchusana
Ga naar: navigatie, zoeken

Na-Gedachtenisse, van den XXI May des Jaars MDLXXII.

Wanneer de stad Enkhuijsen zig verklaarde voor Willem den eersten prins van Oranje roemruchteger gedachtenisse tegens den Hertog van Alva op of kort na welken Dach de eerste leerrede der hervormden in het openbaar is gedaan, over de leening van het stads Excijs huijs op de Vismarkt alhier.

t Enkhuijen, gedruckt bij W.P. Semeijns 1772.

Aanschouwer: sie de plaats, daar God der Heijerschaaren, in vrijheijt wierd gedient, voor tweemal hondert jaaren.

Hier is die heldre zon voor zion opgegaan, hier saagt ge o burgers 't eerst uw vrijen leeraar staan.

O Buijkes, o Semeijns, o Brouwer, o Enkhuijsen kan ooit uw Mannen moet uit imands ziel verhuijsen.

Gij hebt den eersten steen aan t vrij gebouw gelegt, waaraan gantsch neerlans heijl bestendig blijft gehegt.

Wanneer tot Alva's spijt, ten trots van 't fiere Spanje het vaandel wiert geplant, voor Willem van Oranjen wiens kroost, waar van 't volk de zoeten vrugten smaakt, ook nog met tedre zorg, voor kerk en vrijheijt waakt.

Komt burgers zet een toon vol blijdschap op uw snaren, viert plegtig dezen dag !, na viermaal vijftig jaaren.

Verheugt u in Heer, die door gedugte magt, geweetens dwang verdreef, u stadt in vrijheijt bragt.

Dankt met een nedrig Hert, in Jezus tempel cooren, den grooten God voor 't goed, door hem uit u gebooren.

Toen hij in t burgerhart een heldenvuur onstak, en t onverdraaglijk juk van dwinglandij verbrak.

Bidt dat het nageslagt van hen doorwien de vrijheijt en Godsdienst wiert herstelt, lang leeve in Gods nabijheijt, wie roemt naer eijsch en pligt Enkhuijsens wijsen raedt, wien dees gebeurtenis, zoo seer ter harten gaet.

Dat hij van u begeert, in dankbaarheijt te denken, aan dees Hervormings dag befaamt door twe geschenken.

Een dag waar op de kerke, nog heeden zeegenpraalt, zelfs nu de Enkhuijser maagt in ruijmer adem haalt.

  • Dit digtstuk was op den 21 van Bloeijmaend aengeplakt aen het stads Excijs huijs ter zelver plaats.