Ordonnantie voor de Waght aan de Poorten deses Stads - 10 december 1686

Uit Bibliotheca Enchusana
Ga naar: navigatie, zoeken
  • 10 december 1686 : De Heeren Burgermeesteren en Regeerders des stads Enchuijsen, om voor te komen alle ongeregeltheden, en de disordre die soo nu, soo dan, aan de stads poorten des avonds ofte des nagts souden mogen voortkomen, hebben goet gevonden te gelasten, ende te ordonneeren, lasten en ordonneeren bij dezen, dat die gene die aan ijder poort Corporaal ofte het hooft van de wagt sal zijn, soo wanneer ijmant begeert binnen te wezen, de poorte doen openen, en de sleutels tot dien eijnde uijt den hooft wagt te doen halen, op poene dat die gene die weijgerig blijft, de voorsz. order te stellen sal verbeuren 6 gld. ten profijte van de compagnie waar onder hij behoort, en die in gebreeke blijft de voorsz. sleutels te haalen 1 gld. dog de sleutels gehaalt wezende uijt de hooft wagt sal de wagt voor hare moeijten genieten als volgt:
    • Van een persoon binnen komende 4 stuijvers.
    • Van twee of drie persoonen 6 stuijvers.
    • Van vier persoonen 8 stuijvers.
    • Van vijff persoonen 10 stuijvers.
    • Van ses off meerder persoonen 12 stuijvers.
  • Dit alles nogtans behoudens het regt van den poortier op ider persoon alsdan binnen komende als voor dezen die mede de poort sal openen en wederom sluijten, sonder in sijn functie dien aangaande eenig sints belet off verhindert te worden op poene dat die wie cotrarie doet sal verbeuren 12 stuijvers en de off bevonden mogten worden dat de wagt aan de poorte sijnde eenig persoon ofte persoonen meerder gelt als hier voor en is geexpresseert, quam offte dringen, soo sal in dier gevalle de gemelte wagt daar over met een somma van 2 gld 10 stuijvers werden gemulcteert ende gestraft ende zullen in allen gevallen van deze vorenstaande belastinge en de gelt gevingen bevrijd ende geexempteert sijn de Heeren van de Regeeringe en derselver bedienden dewelke met alle ( promptitie ) en veerdigheijt sonder eenige belooninge daar voor te doen, binnen sullen werden gelaten, werdende nog daar en boven de Corporaal ofte hooft van de wagt bij mijn Ed. Heeren voornoemt wel strictelijk en gelast en geordonneert voor te komen en te beletten dat door niemant eenig hout afgesloopt van eenige schuttingshuijsen, bruggen als anders ende wagthuijsen sal worden gebragt op poen dat zoo bevonden wort sulx gedaan te zijn, en door den Corporaal ofte het hooft van de wagt niet belet den gemelte Corporaal ofte het hooft van de wagt, daarboven sal werden gestraft ten profijte van de kompagnie als dan de wagthebbende met een somma van 6 gld. alles onvermindert de placaten van haar Ed. Gr. mog. de Heeren Staaten van Holland en Westvriesland, en de particuliere keuren ordonnantien deses stads, aldus gedaan en gearresteert bij de Heeren Burgermeesteren en Regeerders voorn. binne Enchuijsenop den 11 december 1686.