Vis, Hessel Pietersz. - 8 juni 1642
Uit Bibliotheca Enchusana
Inhoud |
Geboorte
- Zoon van Pieter Hillebrantsz. ( Vis ) en Maritjen Willems ( Poen ).
- Datum : Geboren te
- 8 juni 1642 : Gedoopt te Enkhuizen.
- Getuige bij de doop : De vader.
- Geloof : Gereformeerd.
Eerste Huwelijk
- Datum : Impost bedrag ; f.
- 5 januari 1669 : Huwelijksafkondiging te Enkhuizen.
- 22 januari 1669 : Getrouwd te Enkhuizen met Willemeijntje Neledoe.
- Het huwelijk werd voltrokken door Ds. Vis.
- Adres : Hoogstraet.
Kinderen
Tweede Huwelijk
- Datum : Impost bedrag ; f.
- 27 oktober 1674 : Huwelijksafkondiging te Enkhuizen.
- 11 november 1674 : Attestatie voor Grootebroek.
- Datum : Getrouwd te Bovenkarspel met Geertruijd Krap.
- Het huwelijk werd voltrokken door Ds. .....
- Adres : Hoogstraet.
Kinderen
- Cornelis Hesselsz. Vis.
- Marijtje Hesselsdr. Vis.
- IJdjen Hesselsdr. Vis.
- Dianira Hesselsdr. Vis.
- Diewertjen Hesselsdr. Vis.
Loopbaan
- 1672 ; 1674 ; 1676 ; 1678 ; 1680 ; 1682 ; 1685 ; 1689 : Schepen van Enkhuizen.
- 1670 ; 1671 ; 1673 ; 1683 ; 1684 : Voogd van het Nieuwe Provenhuis van Enkhuizen.
- 1686 ; 1687 ; 1688 : Weesmeester van Enkhuizen.
- 1689 - 1690 : Raad en Vroedschap van Enkhuizen.
- Dijkgraaf.
Overlijden
- Datum : Overleden te
- Datum : Impost bedrag ; f.
- Datum : Begraven in graf WK 428 M van de Westerkerk te Enkhuizen tussen 17 en 24 april 1690.
Varia
- 14 december 1693 : De Heeren Burgermeesteren en Regeerders des stadts hebben geauctoriseert en gequalificeert, gelijck haar Ed. wel agtb. auctoriseren en qualificeren bij desen de Hr. Hilbrant Vis, Raadt, en Jan Mossel out Commissaris, als vooghden van vaders zijde over Cornelis, Maria, IJda, en Dieuwertjen Vis, naergelaten kinderen van de President Schepen Hessel Vis, geprocreert bij Geertruijd Crap, omme te mogen vercopen het huijs en erf daar aghter, genaamt de Vergulden Vis, gelegen in 't Westende deses stadts aen de noortsijde, belent ten oosten Dirck Outgersz. en ten westen Hartjen Freecksz. als mede een capitale actie de opgemelde kinderen toebehorende ten laste van de Oostindiche Comp. ter Camere alhier groot twaelf hondert Gulden en dan nogh de helfte in een dubbelt graf leggende in de Westerkeck op het koor sijnde N. 427/28 naar vercoop van de selve goederen de selve te transporteren en daar voor de uijtgeloofde penningen te ontfangen omme betaalt sijnde, 't geen voor rekeninge van meergemelde kinderen nogh betaalt soude moeten werden, de overige penningen 't sij op lijfrente ten lijve van de opgemelte kinderen 't sij op losrente soodanigh uijt te setten als de meergeseijde vooghden ten meesten dienste van de meergemelde kinderen sullen meenen te behoren.
Bronnen, noten en / of referenties: